VERDER OP DE PAMIR, SNEEUW EN YOGHURT - Reisverslag uit Doesjanbe, Tajikistan van Twan en Carolien - WaarBenJij.nu VERDER OP DE PAMIR, SNEEUW EN YOGHURT - Reisverslag uit Doesjanbe, Tajikistan van Twan en Carolien - WaarBenJij.nu

VERDER OP DE PAMIR, SNEEUW EN YOGHURT

Door: Twan en Carolien

Blijf op de hoogte en volg Twan en Carolien

19 Juli 2012 | Tajikistan, Doesjanbe

Op maandag is het vroeg op om te vertrekken richting Rin. Rin ligt een 120 kilometer verderop. Hier weet je het echter nooit hoelang het gaat duren. De ene keer wordt er gezegd 7 uur en ben je er na 10 uur nog niet; de andere keer ben je er in 3 in plaats van 6 uur. Ook vandaag volgen we nog de Panji River die de grens vormt met Afghanistan. De rivier ‘buldert’ door de kloof. Regelmatig bijgevoegd door snel naar beneden kelderend water uit de bergen.
Afghanistan is soms minder dan 100 meter van je vandaan. Toch zie je aan beide kanten nauwelijks militairen. Aan de Afghaanse kant zien we in de verte alleen maar mensen met hun muilezel of gesluierde vrouwen. Aan onze Tajikse kant komen we af en toe een patrouille tegen van 4-5 man. Nou ja man, zeg maar jongens. Als dit iets moet tegenhouden dan zal dat niet echt gaan lukken. Dat is trouwens toch een probleem met deze 1300 kilometer lange grens. Omdat het een grote ‘gatenkaas’ is, is Tajikistan een grote doorvoerhaven voor drugs geworden. Je merkt er al reizend eigenlijk totaal niets van. Maar dat is schijn. Meer dan 40% van de totale economie draait hier in Tajikistan op de inkomsten -direct of indirect- van drugs. Voor wat betreft de grensbeveiliging besteed Tajikistan meer dan 30% van het nationaal inkomen om deze grens te beschermen. De grootste angst is het overwaaien van het gedachtengoed van de extremistische moslims.
De weg kronkelt zich door de kloof. Je merkt dat we hoger het gebergte in komen, het wordt kaler, koeler en ook meer helder.
Na een 2,5 uur rijden komen we in een gebied waar de bergtoppen links en rechts hoger gaan worden en zien we meer besneeuwde toppen. We komen richting het Hindugebergte dat zijn uitlopers heeft op de grens van Pakistan en Tajikistan.
Nog een half uur verder en we komen aan bij Rin. We nemen onze intrek bij een nieuwe homestay. Waarschijnlijk zijn we een van de eerste gasten voor hun. Alles is opgeruimd en we krijgen de hele ‘huiskamer’ voor onszelf. Ze doen hun uiterste best. De douche is helaas nog niet beschikbaar maar om 18.00 uur wel, zo wordt verteld. Je hebt het idee dat er vanmiddag nog een loodgieter en tegelzetter komen om hem af te maken.
Na een korte middagrust op de veranda stappen we eind van de middag uit het poortje van onze slaapplaats uit, het agrarische land in.
De zon daalt langzaam over de groene akkers waar gewassen als katoen, aardappelen en rijst worden verbouwd. Omdat het nu ook wat koeler is zijn er nog wat mensen op het land aan het werk, ze schoffelen hun akkertje, kletsen wat bij met de buurtbewoners of genieten onder een boom van de langzaam invallende avond. Vrouwen zien we hun was doen. We ontmoeten een oudere vrouw die haar schaap van het land komt halen en wat verderop worden we met drie vette glimlachen en hevig gebarend begroet door drie Tajikse meisjes. Ze spreken een aardig woordje Engels, zitten op school en hebben nu vakantie. We worden uitgenodigd om mee water te gaan halen. Helaas voor hen gaan wij richting het dorpje achter onze homestay. Daar is het zo tegen de avond gezellig druk op straat. Luid joelende kinderen, mannen die met de weg bezig zijn en vrouwen die terugkomen van het werk of de markt of met hun sikkel nog even richting de akker gaan.
De vrouw van een huisje roept ons. Het blijkt een soort van mini supermarkt te zijn. We kopen er koekjes en snoepjes. De jongen die ons helpt nodigt ons uit bij het huis naast de supermarkt. Twee stevige Tajikse dames zijn hier net bezig om verse kaas of yoghurt te maken. Hun stevige handen verdwijnen tot hun polsen in de witte smurrie. Zo sla je dus yoghurt om. Zonder proeven komen we er niet vanaf. Mmmmmm, ja onze smaak is het niet, wel vers en voedzaam. Ondanks tegen strubbelen begint een van de vrouwen met een grote pollepel enthousiast yoghurt in een plastic zak te scheppen. Niet naar ons ‘huis’ terug zonder dat we een zak met de verse yoghurt meekrijgen! Wanneer we daar aankomen geven we het onmiddellijk aan de heer des huizes. 20 minuten later is ‘dinner ready’ en is er een heerlijke maaltijd voor ons bereid…met de yoghurt!
Dinsdag rijden we door de afgelegen Wakhan Valley waar je regelmatig adembenemende vergezichten hebt van het meer dan 7000 meter hoge Hindu Kush gebergte.
Het geeft een bijzonder gevoel dat hier Marco Polo al in 1274 door deze vallei reisde. Hoe moeilijk moet dat destijds zijn geweest?
Het is veel kaler dan de valleien waar we de voorgaande dagen doorheen reden.
We komen uit bij het Yamchum fort. Het meest spectaculaire in de vallei. Het fort rijst zo’n 500 meter boven de vallei uit. Marco Polo heeft dit destijds in zijn volle glorie kunnen aanschouwen en ook nu zijn de dubbeldikke muren, ronde uitkijktorens ook voor ons nog goed te herkennen. Als eten krijgen we in de avond een soort van vermicelli geserveerd dat is klaargemaakt als pasta. Als ik dan ook nog een macaroni zie staan dan kan het toch bijna niet anders zijn dan dat Marco Polo de huidige basis van de italiaanse keuken mee heeft genomen uit het Azie bij een van zijn reizen door deze vallei.
Vanmiddag zijn we rond 14.00 uur gearriveerd in Bulungkul wat je bijna beter kunt beschrijven als het eind van de wereld. Achter Bulungkul ligt nog een groot meer en daarachter een onherbergzaam berggebied. Veel wordt het hier niet bezocht en de homestay van vannacht is dan ook zeg maar zeer basic.
Bulungkul wordt gezien als de koudste plaats van Tajikistan. Stel je ff voor; van oktober tot mei ligt het vrijwel dicht gesneeuwd en is het onbereikbaar. Afgelopen winter lag er een pak van 68 cm en was het meer zo hard dichtgevroren dat je er met gemak met een auto over kon rijden. De nachttemperaturen liepen op tot zo’n -64 graden (!). Als we net binnen zijn zie ik een schaduw van een grote hoed in de deuropening verschijnen. De oude baas blijkt de eigenaar te zijn van dit huis. Het huis heeft een 3 tal ruimtes allen gedecoreerd met kleden zowel op de grond als aan de muren. Het heeft een plat dak en in de voorste ruimte is een klein kacheltje. Op een 100 meter lopen bevindt zich een vierkant hokje met diepe put zonder dak; hopelijk gaat het niet sneeuwen want dit is dus de toilet.
Er volgt een hartelijke begroeting met de oude man. Terwijl de lunch op tafel wordt gezet vertelt hij zijn verhaal. Hij is 74 en was eind jaren vijftig als Russische militair (Tajikistan behoorde immers tot de USSR) uitgezonden naar Afrika. Daar had hij zijn Russische vrouw leren kennen en samen kregen ze een zoon die nu nog altijd in Afrika woont. Zelf had hij 3 jaar geleden de reis naar Afrika nog gemaakt. Hij had hier in Bulungkul ook een vrouw (en volgens ons wel meer ook) maar die is gestorven. Evenals 16 van zijn 17 tellende kudde koeien. Dit allemaal door de strenge winters.
We lopen door het gehucht en de kinderen vinden het fantastisch dat ze worden gefotografeerd en dat kunnen terugzien. Onze polaroidcamera doet wonderen. Verder is het leven simpel; de dieren worden naar het land gebracht en van het land gehaald, de was wordt gedaan in het beekje en op traditionele ovens wordt het typische brood gebakken. In de grote yurt (traditionele tent) verblijft een groot deel van de familie nu wij het huis hebben ingenomen. In de yurt wordt gekookt en gebakken en soms lijkt het net of de hele tent in de fik staat. Terwijl de kinderen en volwassenen zich vermaken met volleybal op het middenplein van de huisjes wordt bij ons de kachel aangestoken. De kachel brand op mestblokken en voelt heerlijk warm aan. De avonden zijn kort hier dus om 20.30 liggen we al op onze matjes en onder de onheilspellend ruikende dekens. Maar het is in ieder geval warm. Dat we niet de enige zijn die hier wonen of slapen blijkt om half vier wanneer Carolien wakker wordt van geluidjes; ‘ben jij dat Twan?’. Nee, veldmuizen hebben van onze slaapkamer hun speeltuin gemaakt; we horen ze graven in de matjes. Onze spullen dus maar opgepakt en in de ruimte ernaast gaan slapen. Eentje horen we ons nog achterna komen rennen, de rest horen we alleen nog op afstand.
Vanochtend, vrijdag rijden we de Pamir Highway op, ook wel Roof of the World genoemd maar moet daar mee concurreren met o.a. Lhasa-Kathmandu, en de Karakorum Highway in Pakistan. De ene keer is het stralend weer, het andere half uur zwaar bewolkt. Fantastisch zijn de vergezichten op de talloze besneeuwde pieken en de dalen waar de nomaden hun yurts hebben opgebouwd. Verder zien we niemand.
Op naar The Wild East of Tajikistan.


  • 19 Juli 2012 - 20:08

    Suzanne G.:

    Hi Carolien en Twan, ineens kreeg ik de link naar jullie reisverslag in mijn mail. Leuk, meteen even alles gelezen. Wat een reis! Geniet van alle ervaringen!

  • 20 Juli 2012 - 12:34

    Fer Van Bergen:

    Indrukwekkend en wat een mooie natuur. Veel plezier

  • 20 Juli 2012 - 19:12

    Buurman Saveurs:

    Echt! Zwaar vet! Wat een mooie gebieden zeg!!

    Geniet ervan!!

  • 22 Juli 2012 - 08:38

    Vincent En Nelleke:

    Ook dit verslag weer met open mond(van verbazing) gelezen!!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Twan en Carolien

Actief sinds 22 Juni 2012
Verslag gelezen: 1471
Totaal aantal bezoekers 57200

Voorgaande reizen:

25 Oktober 2019 - 11 November 2019

Surgical Eye Camp Mustang, Nepal 2019

28 Juli 2019 - 13 Augustus 2019

Voorbereiding Eye Surgical Camp Mustang

09 November 2018 - 22 November 2018

Takam

11 September 2018 - 20 September 2018

Voorbereidingsreis II Eye Surgical Camp

29 November 2017 - 09 December 2017

Nepal voorbereidingsreis Eye Surgical Camp

14 Mei 2017 - 29 Mei 2017

Upper Mustang

20 Februari 2016 - 12 Maart 2016

Back2Birma

04 Juli 2013 - 29 Juli 2013

Namibie2013

04 Juli 2012 - 06 Augustus 2012

From Uzbekistan to Pamir Highway

Landen bezocht: